Ernst Low komt met zeer bijzonder boek

Foto:

Ernst low komt met zeer bijzonder boek

‘Te warm voor whisky’

De ‘grootste kop van Vlaanderen’ neemt het woord. Teruggeworpen tot zijn eigen existentiële vragen na de dood van zijn vader, vecht de hoofdpersoon zijn weg terug naar het leven. Versluierd in een rookgordijn van alcohol, drugs, porno en volle asbakken speelt het leven zich af tussen bank en avondwinkel. Zijn partner houdt het even voor gezien en wijkt uit naar het zonnige Spanje. Löws hoofdpersoon blijft achter in een mist van verwarring. De omstandigheden dwingen tot een besluit. Het leven moet weer op de rails.

In een roadtrip verlaat de hoofdpersoon het verzuurde Antwerpen en reist af naar het zonnige zuiden. Het kompas lijkt gezet. Een nieuw leven en een herwonnen liefde voor zijn partner drijven hem voorwaarts. Halverwege strandt hij bij zijn huisdealer in een dampig warme tussenstop in Frankrijk. Hier krijgen oude demonen weer de overhand. Een aantrekkelijke vrouw dient zich aan, verleiding en hondentrouw vechten om voorrang.

De reacties  op zijn boek zijn dan ook uiterst lovend.   ‘ Ernst Löw is de nieuwe Herman Brusselmans, de nieuwe Bukowksi, zo men wil, even raak, even authentiek maar van meedogenloze kwaliteit. Hoogste tijd voor een uitgebreid interview

Beste Ernst. Daar is ‘ ie dan. Je nieuwe boek. Een fullsize roman. Was het een zware bevalling ?

-Totaal niet…Ik houd zelf erg van boeken die rechtstreeks vanuit de buik komen, en ik moet eerlijk zeggen dat ik dit boek in één adem heb geschreven. Twee maanden of zo.    Ik probeer zo authentiek mogelijk te zijn…R&R stijl a la Bourroughs, Jan Cremer, Bukowski…Beat Poetry…schrijven wat in je opkomt, niet nadenken….Ik kom tenslotte uit een wereld van songwriters en de beste liedjes zijn in mijn ogen nog steeds de op 5 minuten geschreven songs. Over een liefdesverklaring denk je ook niet lang na. Ondanks mijn eigen schrijfstijl heb ik erg veel bewondering voor schrijvers a la Mulisch die grote literaire werkstukken kunnen creëren. Om het zelf te doen, ik heb er het geduld niet voor. Wat erin zit, moet eruit!’’

Dat klinkt als een ‘must’…dit boek is autobiografisch?

‘’Het boek beschrijft een periode die begint met het overlijden van mijn vader. Zo’n gebeurtenis is best wel ingrijpend, hoe je het ook draait.  Eén van de redenen dat het schrijven zo vlot ging heeft denk ik te maken met het feit dat je toch met vragen over leven en dood begint te knoeien. Het feit dat alles in het boek volkomen autobiografisch is, maakte het schrijven ook wel vlotjes gaan. Het boek legt een groot deel van mijn ziel bloot, en die ziel ken ik al jaren.’’

Je spaart jezelf niet in het boek. De begin passages zijn direct indringend. De dood van je vader, Bob Löwenstein,  had een enorme impact zo te lezen. Welke rol speelde zijn overlijden in dit boek?

‘’Moeilijke vraag, niet makkelijk te beantwoorden. Allereerst vind ik mijn vader een groots mens, moeilijke, zeer moeilijke jeugd gehad. Zijn eigen vader was een kerel die met pistolen door de stad liep en met een gokverslaving worstelde. Dit allemaal in Wenen (Oostenrijk) in een periode dat Hitler aan de macht kwam. Toen aan de relatie tussen mijn grootouders een eind kwam, en Hitler bijna Kanselier was, vluchtte mijn oma met haar nieuwe vriend naar België en liet haar drie kinderen achter in Wenen.’’

Hij is even stil en gaat dan direct vol power verder.  ‘’Mijn vader heeft op zijn tiende jaar in tijden van bijna oorlog, een jaar lang alleen met zijn 2 zussen geleefd zonder moeder. Ze hadden een soort van huishoudster die voor hen zorgde. Toen mijn vader met zijn zussen ook naar België kon vluchten en twee jaar later de stiefvader van mijn pa stierf, was mijn vader de ‘man’ in huis (op zijn twaalfde) en moest hij zorg dragen voor twaalf Joodse onderduikers die bij mijn grootmoeder in de kelder woonden. Tevens zat mijn vader als één van de jongsten bij de jongerenbeweging van het Antwerps verzet…kortom, de oorlog heeft van hem de man gemaakt die hij werd. Aan de ene kant een strijder, met veel lef…aan de andere kant zeer bang dat degenen die om hem gaven iets zou overkomen.  Die angst heeft ervoor gezorgd dat hij zeer bezorgd was over zijn kinderen. Mijn broer was een brave, daar was niets mis mee, maar ik daarentegen’’.

Vanaf zijn  puberteit werd Low  zeer geïnteresseerd in alles wat tegendraads was.  ‘’En toen Herman Brood in mijn leven kwam, heeft mijn pa er alles aan proberen te doen om mij niet dezelfde kant als Brood op te laten gaan. Ik ben van 1964, werd puber in Punktijd, we kwamen in clubs waar iedereen blowden, we luisterden naar (volgens mijn vader) lelijke muziek, we vonden krakers te gek, hooligans, rock& roll…en dat maakte mijn vader vanuit zijn bezorgdheid razend….Eigenlijk is vanaf toen mijn band met hem vertroebeld, omdat ik uiteraard datgene deed waar hij bang van was….Eigenlijk is sindsdien de band nooit meer echt goed gekomen, zonder woede, maar zijn bezorgdheid over mij bleef maar duren…(hij heeft gelijk gekregen want ik ben zoals hij altijd zei :’ook geen gemakkelijke…’

Je komt  uit een vruchtbaar artistiek nest. Legt dat de lat hoog?

‘’Ik denk niet dat omdat mijn vader tv regisseur was en mijn moeder actrice niet de reden is om de lat hoog te leggen.  Dat mijn broer een zeer bekende Nederlandse acteur is, heeft mij wel altijd het gevoel gegeven dat ik ook iets moet bereiken in het leven. Toch die gedachte dat je iets moet bereiken, omdat je vader je anders maar een sukkel vindt. Idioot, ik weet het inmiddels. Daarom ben ik er voor gegaan. Hoever geef ik mezelf bloot in dit boek: dat is helder, 100%.’’

 

Je bevindt je tussen twee culturen, de Nederlandse en de Vlaamse, hoe zit dat?

‘’Ik heb me nooit echt prettig gevoeld in Nederland, één van de redenen waarom ik naar België verhuisde op mijn negentiende. De meisjes waren daar toch iets romantischer vond ik. (Later bleek dat dat maar een beeld was, alle meisjes ter wereld zijn romantisch als ze het zijn…). Of er meer culturen in mij zitten? Ja…Mijn vader was Oostenrijker, mijn moeder had Franse invloeden…ik weet niet of het er iets mee te maken heeft, maar ikzelf heb me nooit ergens thuis gevoeld. Het voordeel daarvan is, dat je je eigenlijk overal thuis voelt. ‘’

Waar sta je op dit moment in je carierre?

‘’Ik ben al lang niet meer bezig met een carrière…Ik wil gewoon doen wat ik doe. Zingen, schrijven, regisseren, af en toe een beetje acteren. Zolang ik financieel rond kan komen, is het OK voor mij. Er zijn soms periodes dat dat niet lukt en dan kan ik zeer depressief wordt.’’

 

Maar is er een bepaald pad, een gestelde ambitie?

‘’Ik wil de dingen die ik doe zo lang mogelijk tot de laatste adem blijven doen. Mijn ambitie ligt hem eerder in het feit dat ik mezelf wil blijven ontplooien. Ik wil blijven evolueren als mens. Hoe langer hoe meer mezelf terugvinden, degene die ik ooit was toen ik klein was met de wijsheid die ik nu heb. Veel belangrijker voor mij dan maatschappelijk iets bereiken. Ik zei het al, gewoon lekker bezig blijven. Twee boeken per jaar, 150 optredens per jaar…meer moet dat niet zijn. Beroemdheid is volkomen overschat en rijkdom al helemaal.

 

Er valt mij een parallel op met het werk van Herman Brusselmans, die directheid, rauwheid, ongekuist en confronterend. Volgens mij ben jij de nieuwe Brusselmans, of Bukowski zo je wilt?

‘’Oei? De nieuwe Herman Brusselmans? Ben ik daar niet een beetje te oud voor? Ik snap de vergelijking wel hoor, de directheid en de openheid is wel vergelijkbaar, al moet ik eerlijk zeggen dat ik in Te Warm Voor Whisky wel nog opener ben dan in een aantal Brusselmans romans.

Wat zit er nog in de pen!

‘’Ik ben net begonnen aan de roman Een doodgewone dinsdag….Die zal over een drietal maanden af zijn (ik heb het erg druk momenteel en kan niet elke dag schrijven…) Ik wil elk jaar minstens twee romans uitgeven, hoop dat het lukt…misschien wel drie in tijden van weinig werk’’.

 

 

Ernst Löw in eigen woorden

Geboren in het Hollandse Hilversum in 1964. Ik had een vreselijke schooltijd. De lagere school ging nog wel, maar eenmaal op het middelbaar ging alles fout. Zeker vanaf de puberteit. Punk, blowers en cafés zorgden ervoor dat het studeren niet echt lukte.

Op mijn achttiende in militaire dienst, rijbewijs gehaald, dan naar Antwerpen om naar de kleinkunstacademie te gaan, school niet afgemaakt, beginnen toneelspelen bij Toneelgroep De Appel in den Haag (1988) terug naar Antwerpen om de band 2 Takt op te richten, redelijk succes, platencontract en veel tv aandacht. De band splitte in ’93. Ik word gevraagd om les te geven op de Antwerpse toneelschool Studio Herman Teirlinck waar ik 5 jaar eerder van was weggestuurd. Jan Decleir was toen directeur en wou fris bloed om de school nieuw leven in te blazen. Met zeer veel overgave gaf ik tot 2000 les en stopte toen de school geen subsidie meer kreeg.

Om aan geld te komen begon ik televisierollen aan te nemen. Zo werd ik een vast personage in de Nickelodeon serie Zoop, speelde ik een jaar in de soap Thuis (rotervaring, niets voor mij) werd meestal gevraagd om de slechterik te spelen wegens mijn ruige kop, begon in 2001 terug te zingen en maakte met als producer Rick De Leeuw een Nederlandstalige plaat. (Ik heb altijd in het Nederlands gezongen, ik wilde Herman Brood zijn, maar die bestond al in het Engels.)

Zo veel gedaan…Tournees met Vitalski, Ben Crabbe, Danny Lademacher, Axl Peleman, Nikkie van Lierop, momenteel met mijn vriendin Deborah Ostrega…100en songs geschreven, een aantal romans: En wie ben jij (uitgeverij Linkeroever/Hautekiet in 2010, Advocaten Liegen Niet (eigen beheer 2019…Sokrates of het gevaar van Democratie (eigen beheer 2019). En er komt nog veel meer.’’